Robots
Steeds vaker komen er nieuwe educatieve robotjes op de markt voor kleuters. Moeilijk om het kaf en het koren te scheiden? Op deze pagina vindt u de meest voorkomende edu-robotjes voor gebruik in de kleuterklas. Merkt u toch op dat er een robotje niet tussen staat? Aarzel niet ons een seintje te geven! We vullen immers continue de lijst aan!
We hebben alle robotjes in ons bezit: je kan ze gratis en vrijblijvend komen uittesten in ons expertisecentrum: Odisee vzw, Kwalestraat 154 te Aalst. Geef vooraf een seintje via codescooljr@odisee.be zodat we alvast de koffie kunnen klaarzetten!
We verkopen echter niets, zijn volledig neutraal en onafhankelijk. We geven wel advies op maat, rekening houdend met jouw klas, met jouw budget.
De Beebot is veruit de meest bekende robot uit de hele school! Het basisprincipe is even eenvoudig als geniaal: je moet de Beebot van punt A naar punt B leiden. Naast de benodigde ruimelijke orientatie wordt zo ingespeeld op decompositie van problemen, maar ook van debugging (foutloos maken) van algoritmes. Je kleuters bedienen de Beebots door de pijltjes op zijn rug. Enig aandachtspunt hierbij is dat de Beebot de commando’s steeds blijft onthouden. Na elke opdracht moet je kleuter dus op het kruisje (of ‘clear’ drukken) om het geheugen te wissen.
Bij elke stap legt de Beebot exact 15 cm af.
Tip: steeds meer bibliotheken hebben de Beebot in hun aanbod zitten. Informeer er zeker naar of post het als aankoopsuggestie bij je plaatselijke bib!
De Beebot wordt geleverd met een oplaadbare batterij, oplaadbaar via usb.
Handig voor je klas kan de klasset zijn met 6 Beebots en een oplaad- of bewaarplateau.
Toepassingen
Klassieke toepassing is de Beebot van punt A naar punt B te laten rijden. Hiervoor kan je plastic matten kopen met verschillende thema’s zoals de boerderij, de straat, kleuren en vormen,… Nadeel is dat de plastiek matten nogal hobbelig worden als ze lang opgerold worden weggeborgen.
Specifiek is een doorzichtige mat met daarop louter de verdeling in vakjes. De mat met insteekvakjes raden we trouwens niet aan: de wieltjes van de Beebot hebben het nogal moeilijk met het hobbelige parcours.
Tip: maak zelf je Beebot-mat door een plastiek tafellaken of een vinyl doek in te delen in vakjes van 15 x 15 cm. Je kan de mat zo groot snijden als je wil.
Dergelijke doorschijnende mat kan je steeds weer aanpassen aan het thema in je kleuterklas. Creatieve collega’s maakten hier een variant op in plexiglas of gebruiken goedkope fotokaders met een plexi-plaat voor.
Met de Bluebot kan je hetzelfde doen als met een Beebot, namelijk bediening door middel van de knoppen op de rug, maar er is één extra mogelijkheid: verbinding met bluetooth naar je tablet of een ander apparaat.
De verbinding met een tablet biedt maar een relatieve meerwaarde: je kan met de app hetzelfde doen als met de knoppen op de rug van de Bluebot, nl de te zetten stappen ingeven.
Pas op het moment dat je de combinatie maakt met de ‘Tactile Reader’ zien we effectief differentiatiemogelijkheden voor je kleuters. De reader laat hen immers toe om op een visuele wijze de te zetten stappen op te lijsten. Na een druk op de knop voert de Bluebot dan alle stappen uit. Er kunnen 10 stappen geprogrammeerd worden, er worden 25 tegels bijgeleverd. Er kunnen sets met uitbreidingstegels worden bijbesteld. De reader kan zowel horizontaal als verticaal worden gebruikt.
Het “debuggen” (de fouten uit de gelegde code halen) is helder en verrijkend voor je kleuters.
De toepassing ervan is hetzelfde als bij de Beebot: voornamelijk het programmeren van de Bluebot van punt A naar punt B op de mat.
Extra’s voor de Beebot zijn zelden een must en meestal zelf te maken of reeds aanwezig in een kleuterklas.
Commando-kaarten: deze kaartjes hebben steeds één pijl erop. Afhankelijk hoe je ze legt, wijzen ze naar een van de 4 windrichtingen. De kleuter kan deze kaartjes voor zich leggen om zo het ruimtelijk denkproces te ondersteunen. Eenmaal alle kaartjes in de juiste volgorde, met de pijl steeds in de juiste richting is neergelegd, geeft de kleuter dit in in de Beebot. Het is als het ware een extern geheugensteuntje. De opeenvolging van pijltjes vormt het algoritme, het stappenplan. Lijkt er bij de uitvoering door de Beebot toch een foutje in te zitten, dan is dit gemakkelijk op te zoeken in het rijtje kaartjes dat de kleuter voor zich heeft liggen.
Bee-Bot schuiver: Dit plastiek plaatje plaats je rond de Beebot en transformeert hem in een graafmachine dat voorwerpen kan verschuiven van de ene plaats naar de andere. Dat kan een welkome variatie zijn voor je kleuters, maar op zich blijven je doelen wel net hetzelfde.
Bee-Bot penhouder: Dit opzetstukje laat je toe om een pen in te schuiven zodat er een lijn wordt getrokken op het blad papier waarop de Beebot aan het rijden is. Aangezien de Beebot alleen maar hoeken kan maken van 90 graden en ter plaatse draait (=kwart cirkel) kan je hier niet zoveel variaties of vormen mee bedenken.
Beide opzetstukken kosten elk ongeveer 5 euro. Geen must dus, maar misschien wel leuk op er ééntje van bij te bestellen.
Tip: als je op bijvoorbeeld de website Thingiverse.com de zoekterm ‘Beebot’ ingeeft, dan vindt je dergelijke hulpstukken ook als 3d-bestand. Heb je een 3d-printer, dan kan je dit zelf uitprinten. Of je kan naar een fablab gaan en vragen om het daar af te printen.
Dobbelstenen: Je kent ze wel, de gekleurde grote mousse dobbelstenen met op elk van de 6 zjiden een insteekvakje. Steek dezelfde prenten in je dobbelteen die op je mat staan. Laat de kleuter 2 maal gooien: de eerste keer om het startpunt te kennen, de tweede keer om de bestemming te kennen.
Botley is een schattige, ondeugende Beebot-cloon met enkele opties erbij. Zo kan Botley lijnen volgen met de sensoren op zijn buik én objecten vermijden door de ultrasone sensor in zijn oogjes. Botley is uniek in zijn soort omdat er wordt gewerkt met een afstandsbediening in plaats van met de pijltjes op de rug. Er zitten geen oplaadbare batterijen in. De geluidseffecten dragen bij tot een leuke beleving, maar kunnen storend zijn in een klassetting. Er worden wat materialen zoals kegels en staafjes bijgeleverd, maar deze zijn op zich niet zo functioneel. De armpjes laten toe dat Botley objecten wegduwt.
Het geheugen is beduidend groter dan vele andere robotjes: Botley kan zo’n 120 stappen onthouden. Maar wees eerlijk: wie heeft hier nood aan?
We merken dat kinderen de extra mogelijkheden maar zelden gebruiken en dat het gebruik van de afstandsbediening eerder verwarrend is dan verrijkend.
Botley moet zo’n 90 euro kosten. Een prijs die compatibel is met de prijs van een Beebot. Ons advies luidt: koop de Beebot voor in de klas, koop Botley voor thuis.
Doc is een robotje dat er ook uitziet als…een robotje. Als je hem aanzet is hij wat praatziek, maar eenmaal je dat doorstaan hebt, dan valt het best wel mee. Doc is een robot uit de reeks van Clementoni en komt aan de erg scherpe prijs van 30 euro. Ook hier heb je weliswaar geen oplaadbare batterijen. Het fijne eraan is dat Doc stappen zet van 15 centimeter en dat is exact evenveel als de Beebot. Je Beebot-matten kan je dus perfect gebruiken bij Doc.
Didactisch heeft Doc echter één groot nadeel: hij stopt niet eventjes na elk commando. Dat maakt het voor je leerlingen veel moeilijker te ontdekken in welke stap van het algoritme het al dan niet fout loopt. Nog een groot verschil met de Beebot is dat je tussen het invoeren van 2 algoritmes niet op het “kruisje” moet drukken om het geheugen te wissen. Afhankelijk van de wijze waarop je je robotje gebruikt is dit een voordeel, dan wel een nadeel.
De meeste robotjes ga je op de vloer van je klas gebruiken. Robot Muis is daar een uitzondering op: deze past eerder op een tafel. Niet alleen is de muis wat kleiner dan een Beebot, ook de stappen die hij zet zijn kleiner: 12.5 cm in tegenstelling tot 15 cm bij een Beebot. Prijs is ongeveer 75 euro, maar specifiek bij de Robot Muis vind je nogal wat prijsverschillen online. Opletten dus. Ook deze robot heeft geen oplaadbare batterijen. Enkele leerkrachten hadden last met de afwijking in het afleggen van een rechte lijn. Leuk is het speelveld dat wordt meegeleverd en snel kan worden ingezet als wisselend doolhof.
Deze hoort eigenlijk niet echt thuis in het rijtje, maar we nemen hem toch op omdat hij voorbereidend kan zijn bij de jongste kleuters: Code Rups. Door de schakels van zijn buikje te combineren verander je het algoritme en laat je hem -net zoals een Beebot- een weg afleggen. De stappen zijn echter grof en lang. Ideaal om ontdekkend te leren bij de peuters, maar te weinig doelgericht om het bij de oudere kleuters in te zetten.
Dit vrolijke duo kan je samen of apart aankopen. (Maar het apart aankopen van Dot bevelen we niet echt aan.)
Het grote verschil is dat Dash kan bewegen en Dot statisch is. Beide robotjes lijken zich nogal te identificeren met kleuters: grappig, ondeugend en soms ietwat eigenzinnig. Grote meerwaarde is de aanpasbaarheid aan de noden van de kleuter: de bijhorende app "Go" start met het eenvoudig bedienen van de robotjes met tal van visuele en auditieve prikkels. Je kleuter kan de kleurtjes van de lichtjes aanpassen, een mozaiek-patroon inbouwen, geluidjes afspelen (én zelf inspreken), emoties laten uitbeelden,... Met dit aanvangstniveau kan je zelfs in de peuterklas al mee aan de slag.
Met de "Wonder"-app kunnen de oudere kleuters aan de slag: je vindt er eveneens de controller zoals in de Go-app waarmee de kleuters de robots kunnen bedienen. Maar er is tevens een ruimte om vrij te spelen: kleuters leggen er een tijdspad met commando's aan (noem het gerust een algoritme) dat de robot vervolgens uitvoert: een kleurtje veranderen, een richting bepalen, een geluid maken,...Alles wordt chronologisch afgespeeld.
Met de "Wonder Workshops" belanden we in de meer educatieve sfeer waarbij er met een toenemende moeilijkheidsgraad uitdagingen worden gegeven aan je kleuters. Deze app is zeer visueel en intuïtief opgesteld, maar het (Engels-)talige aspect van de instructies maakt ondersteuning door een volwassene vaak gewenst.
Tenslotte zijn Dash en Dot aan te sturen met de bekendere "Blockly" app. Qua omgeving en concept leunt dit sterk aan bij Scratch. Maar... irrelevant voor kleuters gezien het overwegend talige aspect ervan. (De commando's zijn daarenboven ook nog eens Engelstalig).
De apps zijn gratis. Voor Dash betaal je ongeveer 170 euro , voor Dot ongeveer 50 euro.
Er zijn trouwens een aantal uitbreidingen te vinden voor Dash en Dot. De meest bekende ervan zijn de xylofoon en de ballenwerper. Beiden zijn leuk en staan garant voor uren speelplezier maar het blijft de vraag of ze je dichter bij je (codeer-)doelen zullen brengen...
Ook dit is, net als DOC, een telg van de Clementoni-familie. Dat staat garant voor een budgetvriendelijk prijskaartje. In dit geval zo'n 45 euro. Deze robot wordt aanbevolen vanaf 7 jaar, maar moet volgens ons toch de nodige differentiatie kunnen bieden aan je sterkste kleuters. Zo is er stemherkenning opgenomen en kunnen figuren getekend worden door Mind met een stift in zijn rug over een blad te laten bewegen.
Maar:: je kan Mind ook gerust inzetten zoals een Beebot: het bewandelen van vooraf ingegeven chronologische richtingen.
De educatieve modus werkt met het bijgeleverde spelbord. Daaraan verbonden zijn rekenvragen en meetkundige figuren-vragen. Het blauwe bord daagt de kleuter uit om uit het labyrint te ontsnappen.
Ons besluit is dat, niettegenstaande de vele mogelijkheden, het bijgeleverde spelbord en het aantrekkelijke prijskaartje, deze robot eerder is weggelegd voor de eerste graad van de lagere school. Mogelijks kan je met je collega's uit het eerste en het tweede studiejaar echter wel een deal maken!
Coko situeert zich tevens in de leerlijn die Clementoni voorop stelt. En dan wel voor de jongste kleuters: hun beginnerslevel. Peuters vanaf 3 jaar moeten alleszins tot ontdekkend leren kunnen komen aan de hand van deze robot.
Ook deze kent naar goede Clementoni-gewoonte een gunstig prijskaartje dat al menig kleuterleid(st)er over de streep heeft getrokken: 40 euro. Deze prijs maakt het trouwens ook aantrekkelijk voor thuisgebruik.
Het gebruik is simpel en eenduidig, geen overbodige toeters en bellen. Je kan Coko een beetje vergelijken met de werking van Co de Rups: je legt actietegels (of 'schubben') op zijn rug en Coko voert deze stap voor stap in de gelegde volgorde, uit. Je hebt dus geen tablet, computer of apps nodig. Maar... worden de kleuters wel reeds vertrouwd gemaakt met het blokprogrammeren zoals ze later bij Scratch en aanverwanten zullen zien.
Grote verschil met de Beebot is dat Coko niet over een mat beweegt met een raster erop. Coko voelt zich veel beter in een ruime kamer waarin hij brede bewegingen kan maken.
Code & Go Bumblebee is een robot dat gebruikt kan worden bij de jongste kleuters (vanaf 24 maanden). Bij deze robot staat experimenteren voorop. Kleuters kiezen op de rug van de robot per rij één stap (vooruit, rechts, links). Wanneer ze op een knop drukken licht deze op. Bij elke uitvoerende stap knippert het lichtje van deze stap.